Bij een bedrijf waar veel buitenlanders werken, gaf ik een taaltraining Nederlands aan een groepje expats. In een van de lessen besteedde ik aandacht aan de voltooide tijd. Het waren slimme mensen, dus SOFT KETCHUP (ofwel ’t kofschip) zat er zo in. Op naar fase twee: testen of ze deze nieuwe regel ook zelf konden toepassen.
De cursisten maakten een oefening waarbij ze zinnen in de voltooide tijd moesten zetten. Ik werk de hele dag werd bijvoorbeeld Ik heb de hele dag gewerkt. De eerste zin was Ik pluk bloemen. Ik liep rond om te kijken hoe de cursisten het ervanaf brachten en moest voorzichtig lachen toen ik zag dat cursist F. had geschreven Ik heb pluk gebloemd. Waarschijnlijk kende hij onze Pluk (van de Petteflet) niet, maar ik vond het bijzonder grappig.
‘Je hebt er wel iets heel origineels van gemaakt’, zei ik. ‘Wat is het werkwoord?’ Waarop F. antwoordde: ‘Bloemen?’ Ik vond het leuk bedacht, maar kon me weinig voorstellen bij ‘ik bloem, jij bloemt, wij bloemen, …’ (Ik weet dat aardappelen kunnen bloemen, maar die informatie deed hier niet ter zake). F. daarentegen vond het volkomen logisch; je kunt immers ook zeggen ‘computeren, internetten, basketballen’. Toen de andere drie cursisten de zin hoorden, moesten ze zo hard lachen dat ze ook mij aanstaken en we allemaal dubbel lagen. Ook F. zag er de lol wel van in; hij voelde zich in ieder geval niet uitgelachen. Gelukkig maar, want ik vind het belangrijk om een veilige en ongedwongen sfeer te creëren in mijn lessen, zodat iedereen zich vrij voelt om zich te uiten. Maar lachen om je eigen fouten kan heel gezond en leerzaam zijn!
Geef een reactie