
Wat een mooie recensie van mijn boek Spreken met beeld! Fijn dat ik de boekbespreking uit tijdschrift Les hier mag delen. Veel plezier met het boek!
NT2-docent Lianne Gorissen is altijd al op zoek geweest naar foto’s, afbeeldingen of strips om de les levendiger te maken, én haar studenten uit te dagen om vrijer te spreken. Het boek Spreken met beeld. Spraakmakende plaatjes voor anderstaligen kwam voor haar als geroepen. In deze boekbespreking licht zij toe hoe ze ermee werkt in haar privélessen.
Plaatjes dagen uit om een verhaal te vertellen
Lianne Gorissen, 23 maart 2023
Toen Spreken met beeld uitkwam, was ik meteen verkocht. Ik vind Emily Palmers methoden tot nu toe erg fijn. Door het boek 77 puntjes op de i heb ik haar leren kennen en sindsdien ben ik een groot fan.
Veel van mijn studenten willen graag dat de focus in de les op spreekvaardigheid ligt en ik probeer ze uit te dagen om zoveel mogelijk in het Nederlands te spreken. Het is dan ook fijn om naast de methode die ik al gebruik, af en toe oefeningen uit Spreken met beeld te halen. Ik gebruik het boek dus niet als basismethode maar als aanvulling op andere methoden. Zeker iedere week haal ik wel oefeningen uit Spreken met beeld om in de les te doen.
Wat misschien goed is om te weten, is dat ik voornamelijk privélessen geef. Ik heb Spreken met beeld dus nog nooit in groepsverband gebruikt. Tot nu toe ben ik erg blij met het boek. Het is namelijk erg handig in gebruik en het is mogelijk om een oefening op verschillende niveaus te doen, variërend van niveau A2 tot B2.
Bruikbaar voor meerdere niveaus
Het boek bestaat uit vier delen. In het eerste deel vind je verschillende strips. De strips zijn zonder tekst, dus enkel afbeeldingen die een verhaal vertellen. Zo gaat de eerste strip over een gewone dag uit het leven van Marc. Hierbij zie je afbeeldingen waarbij Marc zijn tanden poetst, zich aankleedt en naar zijn werk gaat.
Eigenlijk laat ik op alle niveaus de studenten eerst rustig de plaatjes bekijken en een paar woorden opschrijven die ze denken te gaan gebruiken. Op A2-niveau kunnen ze proberen om het verhaal te vertellen in korte, simpele zinnen. Je merkt meteen dat veel studenten denken vanuit hun moedertaal. Ik probeer ze dan te sturen om de woorden te gebruiken die ze kennen in het Nederlands. Denk bijvoorbeeld aan een afbeelding waarbij een kat een vaas omgooit. ‘Een vaas omgooien’ zijn woorden die een student op A2-niveau misschien nog niet kent, maar waarschijnlijk kent deze student het woord ‘vallen’ wel. Ze kunnen dan bijvoorbeeld ook zeggen: ‘De vaas valt op de grond.’ Op deze manier probeer ik mijn studenten uit te dagen om te denken in het Nederlands en de afbeeldingen lenen zich daar heel goed voor.
Ik heb ook gemerkt dat zij het heel leuk vinden om verschillende manieren te bedenken om hetzelfde te zeggen. Ik krijg tijdens deze oefeningen vaak te horen: ‘Kan ik ook … zeggen?’ Op B1-niveau is de oefening een stukje uitdagender. Het is dan de bedoeling dat de student opsommingswoorden (eerst, dan, daarna enzovoort) in het verhaal gaat gebruiken en zinnen met en zonder inversie afwisselt. Op B2-niveau worden de studenten uitgedaagd om het verhaal in de verleden tijd te vertellen. Als extra uitdaging krijgen ze dan ook een paar moeilijkere of onbekende woorden die ze in het verhaal moeten proberen te gebruiken, zoals ‘dichtklappen’, ‘erachter komen’ of ‘schrikken’. Ik vind het persoonlijk erg leuk om een combinatie te maken van verschillende oefeningen en/of niveaus, zodat het resultaat perfect aansluit bij mijn student.
Taalhandelingen
In het tweede deel van het boek staan verschillende oefeningen om bepaalde grammatica nog eens extra te oefenen. Denk bijvoorbeeld aan oefeningen met de modale werkwoorden of de ‘om te’-constructie. Dit is erg handig als je nog eens extra wilt oefenen met grammatica of als je een levendigere oefening zoekt. Ik denk namelijk dat veel grammaticale onderwerpen met behulp van beeld veel leuker gemaakt kunnen worden en dat de studenten grammatica dan ineens veel beter kunnen begrijpen.
Wat ik als feedback terugkrijg van mijn studenten, is dat zij de taalhandelingen erg leuk vinden die tussendoor in het boek staan beschreven (en achter in het boek uitgebreid). Want hoe reageer je bijvoorbeeld als iemand vertelt dat zijn of haar contract niet wordt verlengd op werk? Vaak staan mijn studenten dan met hun mond vol tanden, dus het is erg fijn als je een korte reactie paraat hebt zoals: ‘Dat meen je niet …’ of ‘Ah, wat erg voor je …’ Ik merk dat deze taalhandelingen mijn studenten zelfvertrouwen geven.

In het derde deel van het boek kun je verschillende situaties oefenen (op een feestje, in de kroeg, op een begrafenis, bij de kapper, enzovoort). Ik laat de student dan eerst brainstormen naar woorden en ik vind het leuk om bij deze oefeningen meer te vertellen over de Nederlandse cultuur. Want weten studenten bijvoorbeeld wat een ‘vrijmibo’ is? Of wat het betekent als iemand zegt: ‘Ik trakteer’?
Voorbeeldantwoorden geven inspiratie
Als je even niet veel inspiratie hebt, dan is het ook heel fijn om de voorbeeldantwoorden op de website te bekijken. Bij elke oefening zijn er voorbeeldantwoorden gemaakt, en soms krijg je dan als docent ook meer inspiratie. Bij sommige dialogen wordt er een bepaald antwoord verwacht. Zo kan er staan ‘ontken – misverstand’ als iemand tegen je zegt: ‘O, ik dacht dat je geen vlees at.’ Ik merk dat dit soms erg moeilijk kan zijn, maar wederom kun je indien nodig de oefeningen makkelijk aanpassen. Ik heb nu soms studenten die vragen om te oefenen met een bepaalde situatie. Ze hebben dan bijvoorbeeld binnenkort een sollicitatiegesprek en willen daarmee graag oefenen.
Vertellen bij een foto
Deel vier heb ik nog niet heel veel gebruikt. In dit deel moeten studenten iets vertellen bij een foto. Ik heb gemerkt dat sommige studenten zich ongemakkelijk voelen bij sommige oefeningen omdat deze oefeningen veel eigen inspiratie vragen. Zo is er een foto van een meisje dat huilt. Een opdracht is dan om zelf te bedenken wat er gebeurd zou kunnen zijn en wat ze zou vertellen aan haar moeder als ze thuiskomt. Sommige studenten vinden het moeilijk om zo’n verhaal te bedenken en te vertellen.
Zelfbeoordeling
In Spreken met beeld kunnen studenten zichzelf beoordelen met behulp van beoordelingsformulieren op de website. Deze oefeningen doe ik soms in de les en andere keren geef ik ze als huiswerk. De studenten nemen hun eigen spraak op, luisteren het terug en beoordelen zichzelf. Het is ontzettend interessant om te zien hoe de studenten zichzelf beoordelen. Soms zijn ze heel streng voor zichzelf maar andere keren zijn ze juist blij om te horen dat ze toch al een aardig woordje Nederlands spreken. Het zelf laten beoordelen vind ik vooral heel fijn omdat de studenten zich dan bewust worden van wat al goed gaat en wat de dingen zijn waaraan ze nog willen werken.
Kortom, Spreken met beeld is zeker een aanrader! Ik vind het een erg fijne methode en ik hoop stiekem dat er in de toekomst een tweede deel komt. Met de feedback die ik soms van mijn studenten krijg, zijn er denk ik nog veel meer situaties te bedenken. Bij het grammaticadeel mis ik bijvoorbeeld een oefening met scheidbare werkwoorden en natuurlijk kunnen er nog meer strips worden verzonnen.
Emily Palmer (2022). Spreken met beeld. Spraakmakende plaatjes voor anderstaligen. Uitgeverij Coutinho. Boek + website € 37,95.
Het boek bestaat uit vier delen en heeft 232 pagina’s. Docenten kunnen extra docentenmateriaal opvragen bij de uitgever. Daarin staan lesideeën, kopieerbladen en tips om het boek online in te zetten. Achterin staat een register taalfuncties en een lijst met handige zinnetjes. De illustraties zijn gemaakt door Hanna Maas.
Bron: tijdschrift Les, jaargang 41 (2023) / online only
Lees meer over educatief materiaal van Taalzeker.
Ik herken veel in deze recensie. Ook ik maak regelmatig gebruik van de prachtige illustraties en stripverhalen als ik moet differentiëren. Vaste uitdrukkingen gebruiken, focus op bepaalde tijden, voorzetselgebruik, etc. Het is heel rijk aan werkvormen en alledaagse vormen van communicatie.
Ik gebruik het boek overigens meer bij conversatielessen in groepen dan in privéles.
Dank, Emily, voor dit fijne boek!
Wat leuk om te lezen, Sandra! Goed om te horen dat het boek voor verschillende soorten lessen wordt gebruikt. Veel plezier ermee en tot gauw!